In onze beroepspraktijk komen we allerlei mensen tegen met verschillende loopbaanvragen. En ik heb het hier vaker betoogd, we hebben mooi werk.

Ik dacht toen ik aan dit werk begon dat het vaak om mensen zou gaan die aan de onderkant van de prestatiecurve zouden bungelen. En dat is niet zo. We krijgen eerder de mensen langs die juist heel erg goed zijn, maar dat niet goed kwijt kunnen of daar niet zo handig in zijn. Het zijn soms gewoon mensen die een eigen mening hebben, die niet overal ‘ja’ tegen zeggen, oog hebben voor wat er mis is en ambitie hebben. Het zijn mensen die niet zo goed zijn in zichzelf op tijd onzichtbaar maken, niet goed zijn in duiken of niet goed kunnen faken. Dat maakt ze anders dan anderen. En soms is dat anders zijn het gevolg van een jarenlange strijd om recht te maken wat eigenlijk krom is. Althans, in hun ogen. Eigenlijk zijn het dus hele aardige en goede werknemers uit organisaties en die organisaties vinden het lastig met buitenbeentjes om te gaan. En ik geef toe, die buitenbeentjes vinden het ook lastig om met organisaties om te gaan.

Eigenlijk zijn het dus hele aardige en goede werknemers uit organisaties en die organsiatie vinden het lastig met buitenbeentjes om te gaan

Als dat allemaal te groot wordt, noemen we het klokkenluiders. Als het klein blijft zeggen we: “Het past hier niet, geen match, lastig, eigengereid etc.”

Ik hou van dat soort mensen. En ik hou van organisaties die deze mensen waarderen om wat ze zijn en wat ze zien. We leren ze in onze loopbaanbegeleiding echt wel hoe het anders kan, halen de ruwe kantjes eraf en voeren de vaardigheden op. Aan de organisatiekant zouden we graag zien dat deze toleranter worden, beter leren luisteren naar alternatieve geluiden en soms ook gewoon de bereidheid hebben om door de vorm heen te luisteren naar de inhoud.

En bij dit stuk hoort een kleine disclaimer; Wie de klok hoort luiden mag deze schoen aantrekken. Als je het al door hebt, lekker doorwandelen op die stevige stappers.